
API staat voor 'Application Programming Interface'. Het is een software-interface die het mogelijk maakt dat twee applicaties met elkaar kunnen communiceren.
De API vormt de toegang tot een bibliotheek van instructies die door andere applicaties kan opgeroepen worden. Op die manier kunnen programma's gebruik maken van de functionaliteiten van andere gespecialiseerde applicaties en kunnen gegevens doorgegeven worden. Het grote voordeel hiervan is dat programmeurs niet alle functies zelf moeten ontwikkelen. Dit verloopt volledig transparant voor de gebruiker. Ook vele websites en webapplicaties beschikken tegenwoordig over een API.
Denk bijvoorbeeld aan een toepassing waarbij je in jouw app of website een geografische kaart wil gebruiken om te tonen hoe iemand naar jouw adres kan rijden. In plaats van de kaart zelf te integreren in de app en de navigatiefuncties zelf te programmeren, kan je gebruik maken van de API van Google Maps. Mits de juiste instructies roept jouw applicatie (of website) de kaart op bij Google en toont het de route van de de plaats van de gebruiker naar jouw adres.