
OTC of 'over-the-counter' zijn geneesmiddelen die bij de apotheker verkocht worden zonder geneeskundig voorschrift. Communicatie over OTC producten naar consumenten is onderworpen aan een voorafgaandelijke controle door het FAGG (Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten). En dat is niet altijd evident. Het opmaken van het dossier is omslachtig. De procedure is media-afhankelijk. Digitale media en apps zijn nog onbekend.
De commissie die hiervoor bevoegd is vergadert ongeveer één keer per maand. En regelmatig worden tegenstrijdige adviezen gegeven voor dezelfde campagne in een andere taal en voor andere executies van dezelfde campagne. Kortom het is een moeilijk, tijdrovend en duur proces. De strenge binnenlandse regulering zet uiteraard de deur open voor 'cowboys' die via de digitale media vanuit het buitenland opereren en die niet aan de FAGG controle onderworpen zijn.
Wetgeving inzake communicatie en reclame wordt steevast ingehaald door snelle technologische evoluties. Wanneer een wetsvoorstel eindelijk gepubliceerd wordt en in werking treedt zijn er reeds allerlei nieuwe en andere mogelijkheden die in de wet niet voorzien zijn. De huidige regelgeving over reclame in OTC baseert zich op een KB van 1995. En in de laatste 20 jaar is er in ons vak wel 't een en 't ander veranderd, en dat is dan het understatement van de dag. Vandaar dat UBA, evenals de Europese regelgever, een sterke voorstander is van co-regulering: een efficiënte combinatie van zelfregulering en wetgeving. Voor reclame bestaat reeds een efficiënt zelfreguleringsorgaan in België: de Raad voor de Reclame en de JEP. En indien zelfregulering zou falen, staat met co-regulering de wetgever klaar met de stok achter de deur.
UBA en BACHI hebben er bij het kabinet van minister De Block voor gepleit om, net zoals voor alle andere producten, zelfregulering en co-regulering te verdedigen als een meer flexibele controle op de communicatie en reclame van OTC producten. Helaas was dit voorstel niet “politiek aanvaardbaar” en werd dit constructief idee van tafel geveegd.
Ook al blijkt zelfregulering en co-regulering een te moeilijk woord voor OTC producten, toch is het voor de leden van BACHI en UBA uiterst belangrijk dat minimaal de huidige procedure grondig herzien wordt en aan de noden van vandaag wordt aangepast. Daarom hebben beide verenigingen op het kabinet gepleit voor:
- een duidelijke en transparante communicatiecode voor OTC producten die onderhandeld wordt tussen merken, associaties en overheid en waarbij de belangen van de consument en patiënt vooraan staan
- dezelfde criteria in deze code, nationaal geldig voor alle touchpoints en media, inclusief digitale media
- een vereenvoudiging van de wettelijke vermeldingen, waarbij gebruik kan gemaakt worden van herkenbare pictogrammen
- een versnelling van het goedkeuringsproces naar 1 week (zoals vandaag bij de JEP) en de mogelijkheid voor merken en verenigingen om in beroep te gaan
- een eenmalige goedkeuring voor een campagne als geheel, in plaats van een aparte goedkeuring per executie en per medium
- de mogelijkheid om in communicatie gebruik te maken van vermeldingen naar een website voor bijkomende publieksinformatie
Het kabinet is het eens dat de regelgeving over communicatie voor OTC producten moet aangepast worden aan de huidige omstandigheden. Wij gaan ervan uit dat zij daarbij rekening zullen houden met de fundamentele opmerkingen die UBA en BACHI maakten op de huidige procedures. Beide verenigingen zullen het dossier op de voet blijven volgen.