
Iedere dag rijden er meer en meer bestelwagens rond om pakjes te bezorgen. Recente studies wijzen uit dat online boodschappen bestellen niet alleen milieuvriendelijk maar ook winstgevend is.
Een gemiddeld gezin in de Benelux doet twee tot drie keer per week boodschappen. Om de twee weken worden producten met een langere houdbaarheidsdatum 'in het groot' ingeslagen. 90% van de gezinnen doet er minder dan tien minuten over om naar de supermarkt te rijden, en meestal doen ze dat met de auto (65%) of met de fiets (15%). Nauwelijks 12% van de consumenten gaat te voet boodschappen doen. Nederlanders nemen iets vaker de fiets om boodschappen te doen, omdat supermarkten in Nederland beter verspreid liggen in woongebieden.
In dit artikel hanteren we een vereenvoudigd beeld om de situatie op een algemene manier te benaderen. We gaan niet dieper in op details zoals consumenten die boodschappen doen op hun weg van of naar het werk of in combinatie met andere tripjes naar de winkel.
Thuisleveringen verminderen de afgelegde afstand met 80%
Onze eerste stelling: één bestelwagen kan tussen 20 en 30 boodschappenpakketten afleveren op een werkdag van acht uur. In zijn jaarlijkse rapport van 2017 bevestigt Ocado die cijfers: hun bestelwagens leverden gemiddeld 21 pakketten per dag, waarbij ieder pakket gemiddeld 50 producten bevat voor een totaal van £100v(46% daarvan waren verse producten).
Sceptici beweren dat dat niet noodzakelijk betekent dat er minder kilometers worden afgelegd. Maar het leveren van boodschappen is in niets te vergelijken met het leveren van non-foodproducten, die vaak maar sporadisch worden gekocht door een bepaalde consument. Boodschappen doen we vaak, op geregelde en voorspelbare tijdstippen. Daardoor kunnen moderne technologieën de efficiëntste routes tussen afleveradressen in dezelfde buurt analyseren en plannen. Picnic en Ocado beheersen die techniek tot in de puntjes doordat ze hun klantenbestand in buurten hebben opgedeeld. Ze leveren pas zodra een kritieke hoeveelheid mogelijke klanten binnen een welbepaald gebied is bereikt, waardoor winstgevendheid en efficiëntie zijn verzekerd.Een fijnmazig netwerk van distributiecentra, geoptimaliseerd door smart data analytics, maakt het leveringssysteem nog efficiënter. Om hun rendabiliteit zo hoog mogelijk te houden opereren ze ook uitsluitend in dichtbevolkte gebieden, zodat ze geen tijd en geld verspillen in landelijke gebieden. Ocado bijvoorbeeld biedt zijn diensten aan in centraal gelegen delen van het VK, en laat Schotland, Wales en Cornwall links liggen. De meeste delen van de Benelux zijn perfect geschikt voor dit soort fijnmazige thuisleveringen.
In Nederland en België kunnen we ervan uitgaan dat de gemiddelde afstand tot een supermarkt zo'n drie kilometer bedraagt. Een geoptimaliseerd netwerk van distributiecentra zou het totaal aantal afgelegde kilometers dus met 60-80% kunnen verminderen.
Voor veel mensen klinkt dit onlogisch en sceptici maken vaak misbruik van die misvatting door volgende argumenten aan te voeren:
● Bestelwagens zijn veel vervuilender dan een gewone gezinswagen. Bovendien verbruiken ze meer energie door de koeling die ze gebruiken om de producten vers te houden.
● Voor leveringen op dezelfde dag en binnen de twee uur is het onmogelijk om een optimale leveringsroute in te stellen.
● Een aanzienlijk deel van de producten zal door de klant worden teruggestuurd (zoals dat vandaag ook al gebeurt met online bestelde kleding en elektronica).
● Optimale routes en kortere afstanden zijn niet overal realistisch.
● De consument zal de uitgespaarde tijd wellicht besteden aan het rondrijden voor andere activiteiten.
Hoewel die argumenten in bepaalde omstandigheden zeker steek houden, biedt het thuisleveren van boodschappen toch ook heel wat voordelen die de balans kunnen laten overhellen in de andere richting:
● Het is eenvoudiger om het hele bestelwagenpark in één keer elektrisch te maken (zoals Picnic deed) dan om te wachten tot de consument eindelijk is overgeschakeld op een groenere auto. Thuisleveringen kunnen ook met de fiets gebeuren.
● Verdere optimalisatie van de leveringsroutes, bijvoorbeeld door gebruik te maken van de opslagruimte van flatgebouwen of kantoorgebouwen.
● De minimumhoeveelheid van bestellingen zou kunnen worden verhoogd om het aantal kleinere boodschappen te verminderen.
● De levering van boodschappen zou kunnen worden gecombineerd met het ophalen van teruggestuurde (non-food) producten, lege verpakkingen en afval.
● Verschillende thuisleveringsdiensten zouden kunnen worden gecombineerd. Er zijn al verschillende handelaars die experimenteren met het combineren van het leveren van boodschappen en bereide maaltijden.
80.000 bestelwagens ter vervanging van 685.000 autoritten per dag in de Benelux.
Een tweede denkpiste gaat uit van het winkelgedrag van de consument.
Een gemiddeld gezin gaat ongeveer 100 keer per jaar boodschappen doen. Als we ervan uitgaan dat de gemiddelde afstand tot de supermarkt 3 kilometer bedraagt, komt dat dus neer op een totaal van 600 kilometer per gezin per jaar. Laten we dan ook de (behoudsgezinde) conversiefactor van 50% voor thuisleveringen in rekening nemen, waarbij we ervan uitgaan dat de helft van die verplaatsingen niet met de wagen gebeurt of gecombineerd wordt met andere winkelactiviteiten.
Dan komen we uit op een gemiddelde van 50 verplaatsingen per jaar die mogelijk geoptimaliseerd kunnen worden door thuisleveringen. Alleen al in de Benelux gaat het hier om 600 miljoen winkelverplaatsingen en 3,6 miljard met de auto afgelegde kilometers voor 12 miljoen gezinnen.
Idealiter zouden we 80.000 bestelwagens nodig hebben die werken in een optimaal thuisleveringsmodel om dit werkelijkheid te maken, als we ervan uitgaan dat ze 8 uur per dag werken gedurende 365 dagen per jaar in een tempo van 20 leveringen per dag. Die investering zou een daling met zich meebrengen van 2 miljard kilometer per jaar en dagelijks 685.000 auto's uit het verkeer halen. Dan lijkt het idee om de helft van onze boodschappenverplaatsingen te vervangen door een thuislevering plots niet meer zo gek. De voordelen voor milieu en mobiliteit zouden aanzienlijk zijn. Bovendien zijn er economisch gezien geen tegenargumenten, want Ocado bewijst dat de onlinesupermarkt een erg winstgevend model kan zijn met een gezonde EBITDA van 6% in 2017.
Voor het traditionele winkelmodel zouden de gevolgen van deze ontwikkeling immens zijn. Hoe groter het aandeel van thuisleveringen, des te minder winst voor de fysieke winkels. Niet alleen zou het aantal supermarkten drastisch dalen, ook hun rol zou volledig moeten worden herbekeken. Zo zouden ze moeten inspelen op een extreem (ultralokaal) gebruiksgemak en op de winkelervaring. Een beetje zoals in de banksector, waar een complete transformatie leidde tot minder maar betere kantoren en meer digitale dienstverlening. Hoewel de meeste handelaars daar al mee experimenteren, zijn er maar weinig voorbereid op de grootschaligheid en snelheid van die verandering. Met de huidige winstmarges van voeding zou een aandeel van 5% thuisleveringen een daling van 50% winkels met zich meebrengen.
Over de auteur
Nils van Dam is een doorgewinterde bedrijfsleider, met meer dan 30 jaar ervaring in de FMCG-sector. Hij maakte deel uit van de internationale, regionale en lokale directie van Unilever, AB InBev en Censydiam in de hoedanigheid van marketing, sales en algemeen manager. In zijn laatste functie als CEO van Unilever Belgium & Luxemburg leidde hij de digitale transformatie in goede banen met als doel het bedrijf klaar te maken voor de toekomst. Nils is geboeid door marketing, change management en bedrijfstransformaties.
In 2018 werd Nils Global Head Food, Beverage & Food Retail bij Duval Union Consulting. Hij is ook partner en niet-uitvoerend bestuurder bij Jacoti, een nieuw technologiebedrijf dat gehoorapparaten ontwikkelt en produceert en niet-uitvoerend bestuurder bij de Trappistenbrouwerij van Westmalle.
Nils.vandam@duvalunion.com