
Op 25 mei 2018 treedt de 'General Data Protection Regulation' in voege. Deze Europese wetgeving behandelt de problematiek van de verzameling, opslag en gebruik van persoonlijke gegevens. Daarnaast is er de Europese ePrivacy richtlijn die aan herziening toe is. Europa werkt vandaag aan een politiek akkoord rond deze nieuwe 'ePrivacy Regulation' die eveneens in 2018 van kracht zou gaan. De grote lijnen van deze wetgeving zijn ondertussen bekend. UBA zorgt ervoor, o.a. via WFA, om het standpunt van de adverteerder kenbaar te maken aan de nationale en Europese instanties.
De nieuwe 'ePrivacy Regulation'
De Europese Commissie stelt nieuwe wetgeving voor om de privacy bij elektronische communicatie beter te beschermen. Het voorstel bevat de volgende elementen:
- Nieuwe spelers: De bestaande ePrivacy-richtlijn geldt alleen voor traditionele telecombedrijven. De nu voorgestelde privacyregels zullen ook gelden voor nieuwe spelers die online communicatie aanbieden, zoals WhatsApp, Facebook Messenger, Skype, Gmail, iMessage of Viber.
- Krachtiger regels: De bestaande ePrivacy-richtlijn wordt vervangen door een verordening. Dat betekent dat de regels nu rechtstreeks toepasselijk worden, zodat alle consumenten en bedrijven in alle EU-landen met dezelfde regels beschermd worden.
- Inhoud en metadata van communicatie: Ook metadata (bv. plaats en tijdstip) van elektronische berichten worden beschermd. Als de consument geen toestemming geeft om die data op te slaan, moeten bedrijven ze anonimiseren of verwijderen.
- Meer mogelijkheden: Indien een consument toestemming geeft om gegevens te verwerken, kunnen telecombedrijven met die gegevens extra diensten aanbieden.
- Eenvoudiger cookieregels: De zogenaamde "cookiebepaling", waardoor we als internetgebruiker zo vaak opnieuw toestemming moeten geven, wordt gestroomlijnd. Volgens het voorstel hoeft een website voortaan geen toestemming meer te vragen voor cookies die nodig zijn om de website of applicatie goed te laten werken.
- Bescherming tegen spam: Het voorstel bevat ook een verbod op alle elektronische communicatie waarvoor de consument geen toestemming heeft gegeven. Dat geldt bv. voor berichten per e-mail of sms, maar in principe ook voor telefonische reclame.
- Doeltreffender handhaving: De vertrouwelijkheidsregels in de verordening moeten worden gehandhaafd door de nationale instanties voor gegevensbescherming.
UBA en WFA nemen een duidelijk gemeenschappelijk adverteerders-standpunt in
1. Het is belangrijk dat de consument een geïnformeerde keuze kan maken over de manier waarop zijn gegevens worden gebruikt o.a. voor reclamedoeleinden. UBA en WFA ondersteunen dit standpunt zoals voorgesteld door de Commissie.
2. UBA en WFA geloven er niet in dat de wetgever een eenduidige manier kan voorschrijven over waar en hoe de toestemming moet gegeven worden. Gebruikersonderzoek is noodzakelijk om de toestemming niet te herleiden tot een 'box- ticking' oefening. In veel gevallen zal de manier waarop de toestemming kan gegeven worden zelfs context-afhankelijk zijn. Daarnaast maakt de snel veranderende technologie een voortdurende aanpassing noodzakelijk. UBA en WFA pleiten dan ook voor een uitgebreid onderzoek en voor uitgebreide testen om de meest effectieve en efficiënte methodes te implementeren. Dit kan beter uitgevoerd worden door de industrie, uiteraard op basis en met respect van de GDPR principes.
3. Gebruikers moeten de mogelijkheid hebben om geïnformeerde keuzes te maken over hoe hun gegevens gebruikt kunnen worden. UBA en WFA ondersteunen de noodzaak voor transparantie. Reclame financiert in grote mate de online inhoud en internet diensten zoals gratis email, sociale media en zoekmachines. Er zijn eveneens alternatieve betalende diensten beschikbaar, maar wetenschappelijk onderzoek toont aan dat het merendeel van de consumenten voorstander zijn van de gratis-modellen in ruil voor reclame. Consumenten moeten bewust een geïnformeerde keuze kunnen maken. Adverteerders zijn het daarom niet eens met voorstellen waarbij consumenten een overal toepasbare 'Do Not track' optie kunnen instellen.
4. In het huidig voorstel worden uitzonderingen gemaakt voor website analytics. Adverteerders hebben deze informatie nodig voor de correcte evaluatie van hun campagnes. Veelal wordt de technische expertise die hiervoor nodig is aangekocht bij externe derde partijen. Deze uitzondering kan dus niet beperkt blijven tot 'first parties'. UBA en WFA vragen dan ook een uitbreiding van deze uitzondering.
Conclusie
De nieuwe Europese ePrivacy wetgeving is een verdere aanvulling op de algemene GDPR wetgeving. Deze juridische omkadering zal de manier waarop adverteerders omgaan met online reclame beïnvloeden. UBA en WFA volgen de totstandkoming van deze wetgeving op de voet en vertegenwoordigen het standpunt van de adverteerder.
Documenten
-
UBA Position Paper : ePrivacy NL
To download this document, you must be logged in. Click here to log in or to create an account.
-
UBA Position Paper : ePrivacy FR
To download this document, you must be logged in. Click here to log in or to create an account.